De inhoud van de hoofdpagina in een paspoort wordt gedicteerd door de normen van de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO), in het bijzonder de Machine Readable Travel Documents standard Doc 9303 ).
In dit document staat dat alle pasfoto’s moeten voldoen aan de volgende eisen:
Pose
1.1. De foto moet minder dan zes maanden oud zijn.
1.2. Het moet een close-up van het hoofd en de schouders laten zien.
1.3. De foto moet zo gemaakt worden dat een denkbeeldige horizontale lijn tussen de middelpunten van de ogen evenwijdig is aan de bovenrand van de foto.
1.4. Het gezicht moet scherp en duidelijk zijn, zonder vlekken zoals inktvlekken, pen, speld, paperclip, nietjes, vouwen, deuken of vouwen.
1.5. Op de foto moet het onderwerp rechtop staan en direct naar de camera kijken met een neutrale uitdrukking en de mond gesloten.
1.6. De kin tot de kroon (kroon is de positie van de bovenkant van het hoofd als er geen haar is) moet 70 -80% van de verticale hoogte van de foto zijn.
1.7. De ogen moeten open zijn en er mag geen haar zijn dat ze verduistert.
1.8. Als het onderwerp een bril draagt, moet de foto de ogen duidelijk laten zien zonder dat er licht in de bril wordt gereflecteerd. De bril mag geen getinte glazen hebben. Vermijd indien mogelijk zware monturen en zorg ervoor dat de monturen geen enkel deel van de ogen bedekken. Zonnebrillen kunnen niet worden gedragen of op het hoofd van de persoon verschijnen.
1.9. Bedekkingen, haar, hoofdtooi, hoeden, sjaals, hoofdbanden, bandana’s of gezichtsversiering die het gezicht vertroebelen, zijn niet toegestaan (behalve om religieuze of medische redenen. In alle gevallen moeten de volledige gelaatstrekken van de persoon, van de onderkant van de kin tot de bovenkant van het voorhoofd en de beide randen van het gezicht duidelijk zichtbaar zijn).
1.10. De foto moet een effen lichtgekleurde achtergrond hebben.
1.11. Er mogen geen andere mensen, stoelen of voorwerpen op de foto staan.
Belichting, belichting en kleurbalans
2.1. De belichting moet gelijkmatig zijn zonder schaduwen of reflecties op het gezicht, de bril of de achtergrond.
2.2. De ogen van het onderwerp mogen geen rode ogen tonen.
2.3. De foto moet de juiste helderheid en contrast hebben.
2.4. Wanneer de foto in kleur is, moet de belichting en het fotografische proces in kleurbalans zijn om de huidtinten getrouw weer te geven.
Indiening van het portret bij de Uitgevende instantie
Wanneer het portret in de vorm van een afdruk aan de Uitgevende instantie wordt geleverd, moet de foto, ongeacht of deze met conventionele fotografische of digitale technieken is geproduceerd, op goed of fotokwaliteitspapier zijn.
Naleving van de internationale normen
4.1. De foto dient te voldoen aan de juiste definities zoals uiteengezet in ISOIEC 1974 - 5.
Het laatste van de bovenstaande punten is waarschijnlijk het belangrijkste wat betreft “waarom” - ISOIEC 19794 definieert normen voor Biometrische gegevensuitwisselingsformaten, waarbij deel 5 specifiek betrekking heeft op gezichtsbeelddata. Volgens de ISOIEC 19794-documenten:
Om vele toepassingen mogelijk te maken op verschillende apparaten, waaronder apparaten die de beperkte middelen hebben die nodig zijn voor gegevensopslag, en om de nauwkeurigheid van de gezichtsherkenning te verbeteren, ** specificeert dit deel van ISOIEC 19794 niet alleen een gegevensformaat, maar ook scène-eigenschappen (belichting, pose, expressie, enz.), fotografische eigenschappen (positionering, camerafocus, enz.), digitale beeldattributen (beeldresolutie, beeldgrootte, enz.).**